Meid, wat een feest.

Iedere dag verrichten we handelingen die zo gewoon zijn dat we er nauwelijks bij stil staan. We maken schoon, wassen ons haar, roken een sigaret. Maar wat gebeurt er als we dit nu veranderen in hoogtepunten?

In dit visueel onderzoek ga ik opzoek naar manieren om het banale te vieren. Door banale materialen in pudding te stoppen speel ik met Absurdisme en Abjection. Maar ik eet de pudding niet op, ik speel ermee zoals je niet hoort te doen met voedsel.

Het doucheputje

Het gele doekje


De wc borstel

De stofzuiger

De asbak

De visgraat

De dode plant
Mijn naam is Charlotte, maar je
mag me ook het Puddingvrouwtje noemen.
Haar is een materiaal wat je overal tegenkomt. De kattenharen die je van je kleren moet borstelen, hondenhaar wat je van het tapijt moet zuigen en natuurlijk je eigen haar wat je uit het doucheputje moet trekken. Dit maakt haar tot een banaal materiaal wat een banale handeling tot gevolg heeft.
Ik houd van mijn haar. Ik verzorg het, was het, borstel het. Maar als ik het uit mijn doucheputje moet vissen veranderd dat. Dan walg ik ervan, mijn haar wordt Abject. In de bovenstaande video's heb ik dat gevoel versterkt. Door met een endoscoop in de pudding te filmen en mijn hoofd tegen de pudding aan te drukken.
Gele schoonmaakdoekjes, iedereen kent ze wel, en gebruikt ze om van alles mee schoon te maken. Doordat je in elk huis wel zo’n doekje kan vinden is het een banaal object. En schoonmaken is een zeer banale handeling, je doet het liever niet maar toch moet het regelmatig.
De toiletborstel is een zeer banaal voorwerp. Je ziet hem hopelijk in elk toilet staan. Deze pudding speelt meer met het Absurdisme dan Abjection. Doordat de pudding op een steel zit is het niet echt een pudding meer. En omdat er een pudding op de toiletborstel zit is het eigenlijk geen toiletborstel meer. Het is een onlogisch object geworden.
Stofzuigen is een banale handeling en stof is een banaal materiaal, het is overal en je ziet het liever niet. Daarnaast wordt het woord “stoffig” vaak gebruikt als associatie van iets wat saai is. “Die bordspellen staan alleen maar stof te verzamelen daar”.
Ik haat stofzuigen, de herrie werkt op mijn zenuwen. Dat gevoel heb ik versterkt in de linker video hierboven.
De asbak is een banaal object omdat je het overal ziet staan, tot ergernis van een een hoop mensen. Ondanks dat er steeds meer een taboe van gemaakt wordt is roken nog steeds een banale handeling. Als je rookt, doe je het iedere dag, en trots zijn mensen er meestal niet op.

Alleen al de geur van een asbak wekt al snel het gevoel van Abjection op. Op de linker foto hierboven wordt dat versterkt door de rook. Je waant je in een smerige, stinkende ruimte die blauw staat van de rook, zeer Abject.
De visgraat is banaal omdat het afval is. Afval zien en produceren we elke dag. Het brengt stank en vliegen met zich mee, waardoor het vervelend is.

De visgraat wekt op twee manieren Abjection op; omdat het afval is en het een gezicht heeft. Veel mensen in Nederland eten liever niet iets wat een gezicht heeft. We staan ver weg van het dier tegenwoordig.
Dit is een extra experiment met afval. Bij deze pudding zijn de vliegen het banale materiaal. In elk huis zijn ze wel te vinden, en ze zijn irritant.
Een dode kamerplant is erg banaal. Heel veel mensen hebben planten in huis, en ik ken ook heel veel mensen die ze dood laten gaan. Het ziet er een beetje triest uit, het confronteert je met het feit dat je de plant niet goed verzorgd hebt.
Wiebelcompilatie